Amandel - polenta cake met bloedsinaasappel en Campari

We zijn lekker gemaakt voor dit recept uit Polpo, met een verleidelijke foto van rode sinaasappel-campari siroop die over de cake druipt. Het maakte de belofte waar en wordt zeker toegevoegd aan ons nog wat magere repertoire van desserts.

Het vergt wat oefening om de cake mooi gaar en luchtig te krijgen, gewoon een kwestie van uitproberen.

Recept voor amandel – polenta cake met bloedsinaasappel en Campari

Men neme

Voor 12 stevige stukken (cakevorm van ongeveer 23 cm doorsnee):

8 bloedsinaasappels (of anders gewone perssinaasappels)
350 g Griekse yoghurt
600 g suiker
4 eieren, losgeklopt
250 boter, gesmolten
350 g griesmeel of fijn maismeel (polenta)
100 g gemalen amandelen
100 ml Campari

Bereiding

Verwarm de oven voor op 170 graden.
Rasp de schil van 4 sinaasappels met een zesteur.
Meng yoghurt, de helft van de suiker en eieren in een grote mengkom. Roer de gesmolten boter (niet te warm!) erdoor en tot slot alle droge ingrediënten en de sinaasappelzest.
Giet de massa in een ingevette cakevorm of ring en zet deze in de oven.
Check of de cake na zo’n 20 minuten gaar is, door met een naald in de cake te prikken. Bij ons duurde het wat langer voordat ie gaar was, maar hij was ook weer iets te stevig geworden. Dus vaak checken.
Terwijl de cake afkoelt, kun je de siroop maken. Pers de helft van de bloedsinaasappels, schil de anderen en snijd deze in kleine stukjes – er mag geen wit meer aan zitten, dat wordt te bitter.
Doe het sap en de stukjes met de resterende suiker en Campari in een sauspan. Breng dit langzaam aan de kook. Laat de siroop zachtjes sudderen en reduceren tot een redelijk dik vloeibare siroop. Schep zo nodig wit schuim eraf.
Prik gaatjes in de bovenkant van de lauwe cake en schenk de siroop erover totdat ie geabsorbeerd is. Snijd de cake in plakken. Serveer met dikke yoghurt of vanille ijs en schenk er nog wat van de rode siroop met stukjes sinaasappel overheen.