We houden maar niet op over Turijn. Zo schreven we hier al eerder over de Salone del Gusto 2016 van Slow Food. Maar los van deze tweejaarlijkse salone is er in Turijn iedere dag verschrikkelijk veel lekkers te vinden.

Het is bovendien een prachtige en interessante stad, die nog niet wordt overlopen door toeristen. Niet verder vertellen dus.

Turijn ligt aan de voet van de Alpen – die zijn bij heldere dagen goed te zien. De stad kwam vooral onder het hof van het Huis van Savoie tot bloei, vanaf de 16e eeuw. Een groot deel van het historische centrum is dan ook in vroege barokstijl opgetrokken. Maar nog steeds vrij ingetogen. Het doet hier en daar zelfs wat Frans aan.

Eindeloze bogen

De vele bogen, eindeloze arcaden en galleria’s en het rechthoekige stratenplan maken de stad heel overzichtelijk en makkelijk om er te flaneren. Er zijn overal terassen van café’s en restaurants en je bent steeds beschermd tegen felle zon of regen. Of druk verkeer.

De keuze aan smikkelwinkels, café’s en restaurants is overweldigend. Over het algemeen heel klassiek, ouderwets en traditioneel. Met een enkele moderne of zelfs hippe zaak. Maar standaardhipstertoestanden zul je hier niet snel vinden. Geen koffiebranderijen annex fietsenzaken.  Maar wel pasticceria’s, panneteria’s en  aangename familie-restaurants.

Verse porcini bij Ristorante La Via del Sale

Zoals Ristorante La Via del Sale, in een smal straatje. Waar we een heerlijke Ligurische konijnenbout aten. En dus nog een keer terug zijn gegaan om te genieten van de verse eekhoortjesbroden die bij de ingang stonden te pronken.

We aten ze in een perfecte risotto maar ook als voorgerecht in een ragout met een klein bladerdeegdakje. Alle gerechten waren simpel maar extreem goed van smaak. Van het Gianduja-dessert (met warme chocolade-hazelnootcrème die uit het taartje stroomde) dromen we nog steeds.

Wij houden van dit soort restaurants. Want alles helemaal vers en Slow-Food. Bovendien perfect klaargemaakt en dan ook nog eens vakkundig, vlot en vriendelijk opgediend. Alsof het de gewoonste zaak van de wereld is.

Nouveau Ruig bij Ristorante Consorzio

Ook Slow Food, maar eerder modern en misschien zelfs een beetje nouveau ruig is Ristorante Consorzio. Met zeer spannende gerechten van klassieke, lokale ingrediënten. Zoals kabeljauw-wangetjes op beenmerg en salsa verde.

Of een dessert van eekhoorntjesbrood, geweekt in koffie, met een granita van tabak en zwarte peper. Alsof je een sigaar opeet. Een goede, dat wel.

De wijnen zijn er allemaal vin nature, dus zonder zwavel of ander chemicaliën. Heftige smaken, zeer ongepolijst. Maar beslist de moeite waard.

Eataly: Efteling voor lekkerbekken

Eataly is inmiddels in de hele wereld te vinden (denk aan Sao Paulo, Seoul, Istanbul, New York) maar begon hier in een oude Vermouth-fabriek van Carpano. Naast dat andere prachtige industriële erfgoed Lingotto, de voormalige fabriek van Fiat met testbaan op het dak.

Het is een enorme winkel verspreid over meerdere etages en hallen. Ze bieden zowel verse als verpakte lekkernijen. Alles wat de Italiaanse keuken heeft te bieden. Maar dan ook echt alles.

Dus zo’n 97 strekkende meter gedroogde pasta. Of 4 verschillende slagerijen. Een complete vismarkt, 127.349 verschillende kazen. En alle wijnen van Italië. En zelfs van daarbuiten. Een soort Efteling voor de lekkerbek.

Want tussen de stellingen, togen en kasten kun je ook eten en drinken. Of een workshop volgen. Dan zit je in lange gangen met honderden flessen wijn een lekker bordje pens in saus te eten.

Grootste markt van Europa: Mercato Porta Palazzo

Nog een overtreffende trap: de grootste openluchtmarkt van Europa vind je bij Porta Palazzo. Een enorm vierkant plein met op 3 kwadranten oude gietijzeren markgebouwen. En daartussen de ontelbare kraampjes. Ongeveer 23x de Albert Cuyp, gok ik. Trek hier ook weer een paar uur voor uit. Al was het maar om naar de mensen te kijken en luisteren. Heerlijke chaos.

Verse farinata bij La Baita dei Sette Nani

Dit was voor ons misschien wel de grootste verrassing: farinata. Een soort dikke pannenkoek van kikkererwtenmeel. Met olijfolie, water, zwarte peper en zout. Meer niet.

Maar zoals bij Alla Baita dei Sette Nani, in houtoven gebakken, een onweerstaanbare en gezonde snack. Ook nog eens spotgoedkoop.

Nog veel meer

Los van deze plekken is er nog veel meer lekkers te vinden. Al die traditionele gespecialiseerde zaken voor verse pasta, vleeswaren of chocolade. Zoals:

Pas als je dan echt niets meer kunt eten ga je naar de paleizen, musea en kerken. Chique winkelstraten en rommelige arbeidersbuurten. Ruime, elegante pleinen en smalle straatjes.

En letterlijk boven alles uit: de Mole Antonelliana, het vreemdste gebouw ter wereld. Met fantastisch uitzicht over stad en de Alpen, zeker tijdens het blauwe uur. Neem wel iets lekkers mee naar boven.

Mis nooit meer iets lekkers

Geef je op voor de updates en ontvang ongeveer 1x per maand bericht in je mailbox.

Bezig met verwerken …
Gelukt! Je staat op de lijst.

2 reacties

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.